Het gevaar van TTIP: recht op veilig voedsel
De Trans-Atlantic Trade and Investment Partnership, ook wel bekend als de TTIP, is al enige tijd een belangrijk item in het nieuws. Het gaat om het verdrag tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie waar al geruime tijd over wordt onderhandeld. Zoals de naam al doet vermoeden draait het hier om een akkoord dat het gemakkelijker zou maken voor de VS en de EU om goederen naar elkaar te exporteren. Dit zou volgens veel studies economische winst opleveren.[1] Hierover zijn echter ook tegengeluiden te horen, die voorspellen dat het juist economische tegenspoed zal veroorzaken, of dat enkel en alleen multinationals ervan zullen profiteren.[2]
De meer fundamentele kritiek gaat echter niet om geld. De meeste burgers aarzelen vanwege de potentiële verlaging van kwaliteits- en veiligheidsnormen; verwacht wordt dat deze omlaag zullen gaan onder Amerikaanse druk om zo de export en import van goederen te vergemakkelijken. De Europese Commissie bezweert dat dit absoluut niet zal gebeuren.[3] Desondanks is niet iedereen hiervan overtuigd en er wordt dan ook gevreesd voor potentieel ongezonde voedingswaren, zoals bijvoorbeeld de wel bekende chloorkip.[4] In de VS wordt er veel voedsel geproduceerd met hormonen, genetische modificatie en chemische reinigingsmiddelen, middelen die niet of in mindere mate worden gebruikt in de EU.[5] Deze middelen worden immers met argusogen bekeken in Europa. De tegenstanders van de TTIP vrezen dus dat dit gemodificeerde voedsel haar weg zal vinden op Europese en dus ook Nederlandse bodem. De angst hiervoor is zo groot dat het een grote sta-in-de weg is voor een mogelijk zeer profitabel akkoord. Hoe kan deze angst verminderd worden?
Ten eerste moet de vraag gesteld worden of genetisch gemodificeerd voedsel ook daadwerkelijk gevaarlijk is. Dit is niet bewezen, noch uitgesloten. Dit voedsel is pas wijd beschikbaar sinds de laatste 15 jaar. Er is dus nog weinig kennis op dit gebied en de lange-termijn effecten ervan; mensen zijn er gewoonweg nog niet lang genoeg aan blootgesteld. Ondanks de waarborgen van de EU-functionarissen is de bevolking dus wel degelijk op haar hoede, puur vanwege de mogelijke risico’s die verbonden zijn aan genetisch gemodificeerd voedsel.[6] Een vraag op dit vraagstuk is dan ook welke zekerheid de bevolking heeft om zich te beschermen tegen potentieel gevaarlijk voedsel.
Kunnen de EU en VS hieromtrent iets leren van andere gebieden in de wereld? In India wordt het recht op veilig voedsel gezien als een onderdeel van het recht op leven, zo blijkt uit een uitspraak van het hoogste gerechtshof van India.[7] Men kan zich hier dus op beroepen wanneer nodig, bijvoorbeeld in gevallen dat het voedsel gecultiveerd wordt met genetisch gemodificeerde organismen(ggos). Met dit recht kan men zich beschermen tegen risicovolle producten, en het feit dat het in de grondwet staat zorgt voor een extra stok achter de deur. Tevens zorgt het ervoor dat de overheid een actievere instelling erop nahoudt om dit soort voedsel niet in de schappen te laten verschijnen. Echter, deze bescherming bestaat niet in Nederland en de EU, althans dit is niet met voldoende duidelijkheid vastgelegd.
Indien de TTIP in werking treedt, is het dus de vraag hoe de burger zich tegen ggos kan beschermen.
De tegenstanders van het omstreden verdrag voorspellen dat het de veiligheidsnormen zal verlagen, de voedselmarkt zal overspoelen met goedkoop maar genetisch gemodificeerd voedsel en als gevolg stellen wij ons ook bloot tegen de potentiële gevaren die deze ggos met zich meebrengen.
Een soortgelijke bescherming zoals in India het geval is, lijkt mij derhalve een interessante mogelijkheid. Het kan beargumenteerd worden dat dit zich al enigszins bevindt in art. 22 Gw, welke Nederlanders belooft dat de overheid de gezondheid zal bevorderen.[8] Dit omvat echter niet vast en zeker een recht op veilig voedsel, het is daarvoor te breed en vaag omschreven. De zorgen van de tegenstanders van de TTIP toont ook aan dat meer bescherming nodig is. Een concreet constitutioneel recht op veilig voedsel kan hier dus wel degelijk uitkomst bieden. Deze kan ofwel in art. 22 Gw worden ingelezen door de Hoge Raad, of zelf in het leven worden geroepen door de wetgever. Zo kan de bescherming van de burger tenminste worden veilig gesteld en is zo een grote zorg aangaande de TTIP weggenomen.
De discussie over de TTIP is een moeilijke, vanwege de vele verschillende rapporten met betrekking tot de economische gevolgen. Een constitutioneel recht op veilig voedsel zou in ieder geval een grote zorg die bij Nederlanders leeft weg kunnen nemen, in het geval dat de TTIP, of een soortgelijk verdrag, toch werkelijkheid wordt.
Reacties